• Menu
  • Menu

Chiloé eiland

Na onze fantastische roadtrip langs de Carretera Austral, nemen we de ferry naar Castro, de hoofdstad van het eiland Chiloé. Ons boottripje duurt 6 uur. Gelukkig zijn er comfortabele zetels op de boot en kunnen we op het dek genieten van een prachtig zonnetje.

Het Chiloé eiland staat vooral gekend bij de Chilenen om zijn prachtige natuur en om zijn vele houten kerkjes. De zomervakantie en dus ook het hoogseizoen loopt hier van begin januari tot eind februari. Wij arriveren net op tijd: 1 maart. Morgen begint het nieuwe schooljaar en dus zal iedereen weer op de schoolbanken vertoeven. Gedaan met de drukte!
We verblijven eerst drie dagen in Castro en trekken daarna naar Ancud, de vroegere hoofdstad van het eiland.
Eenmaal aangekomen in Castro gaan we te voet naar ons huisje met zicht op zee. Helaas houdt de korte tocht een helse helling in waarbij onze valiezen bijna weer helemaal naar beneden rollen. Gelukkig krijgen we snel hulp van enkele vriendelijke voorbijgangers. Maar de zware tocht loont. ‘s Avonds genieten we van een prachtige zonsondergang en ‘s morgens zien we dolfijnen zwemmen.

Vanuit Castro maken we verschillende mooie wandelingen. Het landschap is niet helemaal plat, maar achter elke heuvel schuilt een nieuw prachtig landschap. We nemen de bus naar het beginpunt van de wandeling en een andere bus van het eindpunt. Handig, zo moeten we niet telkens in een lus wandelen. We beslissen om dit in België ook vaker te doen. Daar zijn we niet zo gewoon om veel de bus te nemen.

In Castro bezoeken we ook de palafito’s. Dat zijn een soort houten paalwoningen. De ene kant van het huis ligt aan de straatkant en de andere kant aan de zee. Ideaal voor vissers.

De zomer is hier op z’n einde en we vinden enorm veel braambessen langs de weg. Ready to eat. Zalig!

Daarna trekken we met de bus naar Ancud. Bij de aankomst aan ons huisje slaat Tika haar voet om. Dan maar geen wandelingetje meer. We placeren haar in de zetel terwijl we uitpakken en afhaalhamburgers halen. Hoe moet dat nu verder als Tika straks in de plaaster moet? Gelukkig was het een staaltje van over-acting en kon Tika een uurtje later alweer helemaal tot aan de snoepjes wandelen. Ze was eventjes vergeten dat het Kiran zijn schuld was dat ze gestruikeld was. En dus kunnen we verder met het inplannen van enkele wandelingen. Onze eerste uitstap gaat alvast naar de pinguïns, de lievelingsdieren van Tika en de hoofdreden om naar dit eiland te komen. Het weer is niet opperbest, maar gelukkig varen de bootjes en kunnen we dichter bij de pinguïns komen. We krijgen ook enkele zeeleeuwen te zien. Jammer dat we niet tussen de pinguïns kunnen lopen, maar aan de andere kant maar goed ook dat de dieren hier toch wat beschermd worden tegen de toeristen. Er zijn andere plaatsen in Patagonië waar dat niet zo is.

We plannen ook nog een andere wandeling in waarvoor we de bus moeten nemen. Het is wat moeilijker om de juiste bus te vinden, maar uiteindelijk dropt de bus ons ergens op een onbewoond wegeltje richting kust. Vol goede moed vertrekken we. Eerst moeten we een heel stuk door het zand wandelen, wat best wel lastig is. We komen aan een pad, dat niet op de gps staat, maar wel beter begaanbaar is en waarschijnlijk wel zal uitkomen op het andere pad. Je kan al raden wat er verder zal gebeuren… Onderweg komen we nog wat beenderen tegen. Een beetje verder zelfs een koe in redelijk verorberde staat. Het landschap is prachtig en tussen de grazende koeien genieten we van onze picnic. We wandelen nog wat verder, het GPS-pad ligt vlakbij, alleen ligt er nog een moeras tussen… We kruipen tussen, door, langs struiken maar het gaat van kwaad naar erger. Ondertussen begint het ook zachtjes te regenen. De geplande wandeling is nog lang en dus beslissen we op onze passen terug te keren. Normaal was er ook nog een bus terug. Helaas, geen bus op de plek waar we werden afgezet, geen huizen in de buurt en dus wandelen we wat verder richting het dorpje. Hopelijk staat daar een bus. Het regent alleen nog erger en in het dorpje is bijna geen beweging. Geen winkeltjes, geen restaurantjes waar we enkele uren op de bus kunnen wachten. Het toeristisch centrum blijkt gesloten, het hoogseizoen is immers al voorbij. Gelukkig vinden we een vriendelijke man die voor ons een taxi belt. Ook al zien we er helemaal doorweekt uit, we mogen toch eventjes binnen wachten. Tika bibbert van de kou en de man nodigt ons uit om aan zijn stoof te gaan zitten. Hij steekt zelfs speciaal nog wat extra houtblokken bij. Zalig die warme stoof!

Na onze regenwandeling hebben we niet zoveel zin meer in wandelen. Ik wou graag nog naar het naburige dorpje ‘Corona’ gaan, maar niemand wil mee… We gaan die dag enkel naar buiten voor lekker eten. Het is immers onze laatste dag op dit eiland en we genieten volop van de lokale specialiteiten van vis en zeevruchten.
De volgende dag nemen we de bus naar Puerto Montt en van daar reizen we verder naar San Carlos de Bariloche in Argentinië.

Leave a reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *